dinsdag 10 januari 2012

Het mooie van Schijndel

Veertiende brief, deel 3

Jan van Amstel (bron: Wikipedia)
Schijndel is groot, mooi en levendig. Dagelijks trekken er veel karren en mensen door het dorp, op weg naar Den Bosch. De kerk is een fraai gebouw en het raadhuis, dat nog nieuw is, is het mooiste van de hele Meierij. De roomse kerk is groot en zeer mooi.

Je vindt hier veel houtgewas en bomen en prachtige landerijen, zodat wandelingen hier bepaald niet onaangenaam, integendeel, zeer charmant zijn. De inwoners moeten zich hier erg toeleggen op het kweken van hout, omdat ze dat hard nodig hebben: enerzijds als brandstof, anderzijds omdat hier veel houten klompen of “holsblokken” gemaakt worden, die vanaf Den Bosch met scheepsladingen tegelijk naar Holland gebracht worden.

Hier woont tegenwoordig ook de roomse vicaris of bisschop van de hele Meierij. Zoals ik hoorde, is het een geschikte man, die een hekel heeft aan iedere vorm van vervolgzucht tegen de hervormden. Hij heeft zelfs verboden om op sommige plaatsen, waar men de kerk met geweld heeft ingenomen, de mis te lezen, alhoewel men zich daar in het algemeen niet aan houdt. Hij draagt hier de titel van Zijne Hoogwaardige.

Schijndel mag ook trots zijn op de geboorte van Jan van Amstel. Dat was een boerenzoon uit het dorp, die uit vrees voor straf wegliep, omdat hij het paard van zijn vader kreupel gereden had, en uiteindelijk in Amsterdam als scheepsjongen dienst nam op een oorlogsschip. Daar gedroeg hij zich zo dapper, dat hij vervolgens een van de beste kapiteins onder de grote Michiel de Ruyter werd.

Geen opmerkingen: