donderdag 3 oktober 2013

Gedachten over de opvoeding

De zorg van ouders om hun kinderen voor kwaad te behoeden (bron: DBNL)

De opvoeding wordt in de Meierij zeer verwaarloosd. Het hart van de jeugd wordt er niet beschaafd, men zaait er geen gevoel voor het goede, schone of deugdzame in. Al wat de roomse Meierijenaar zijn kinderen laat leren is een beetje lezen en schrijven, en een ambacht. Van de honderd kinderen is er met moeite één te vinden die écht kan lezen en schrijven. Dat komt doordat men, zodra men denkt enig voordeel van een kind te kunnen krijgen, het voor werken bestemt. Men brengt zijn kroost geen liefde voor het goede, schone en edelmoedige bij, want men kent die liefde zelf niet eens.

De Meierijenaars brengen hun kinderen geen liefde, achting en eerbied voor hun ouders bij, een grove fout in de opvoeding. Ouders geven al net zo weinig om hun kinderen als kinderen om hun ouders. En dat is ook logisch, als je je herinnert wat ik verteld heb over de onverschilligheid tussen huwelijkspartners. Hoe sterker de liefde tussen echtelieden, hoe vuriger hun genegenheid voor hun nakomelingen. Maar als kinderen zien dat er een kille onverschilligheid heerst tussen hun ouders, dan volgen zij dit voorbeeld en leven onverschillig tegenover de mensen voor wie ze eigenlijk de zuiverste liefde en hoogste achting zouden moeten voelen.

Het enige waar de roomse Meierijenaar zich erg om bekommert, is het doorgeven van bijgeloof op alle mogelijke manieren (en echt, hij is ook bijna tot niets anders in staat). Vertel de gemiddelde Meijerij-bewoner over de mooiste, edelmoedigste en menslievendste trekken van werkelijk grote mannen, en het zal hen nauwelijks raken: ze blijven koud en ongevoelig. Maar vertel ze daarentegen over het leven van een gefantaseerde heilige, hoe dwaas of onwaarschijnlijk ook, en je vindt niet alleen aandachtige luisteraars, maar je verhaal wordt zelfs niet eens in twijfel getrokken.

Vermeng je verhaal met de ijselijkste en meest onwaarschijnlijke spookverhalen: ja dan, en dan alleen, heb je pas echt de goede toon getroffen! Men zal niet moe worden om het aan te horen, men zal alles gretig geloven, en vooral zal men het proberen in zijn geheugen te prenten om het ook aan anderen te kunnen doorvertellen. Als je met je verhaal ophoudt, dan zal men je zo vriendelijk mogelijk vragen, niet aflatend aandringend, om meer van dergelijke verhalen te vertellen. Hoe wonderlijker, hoe onwaarschijnlijker, hoe afgrijselijker het verhaal, hoe meer geloof eraan wordt gehecht. Dat komt natuurlijk voort uit domme onkunde, want hoe dommer een mens is, hoe gretiger hij wil horen over het wonderlijke, en hoe meer hij geneigd is het allemaal als de zuivere waarheid te omhelzen.

Geen wonder dat er zo weinig gezond mensenverstand in die streken wordt gevonden.

Geen opmerkingen: