donderdag 17 januari 2013

In Leende en Heeze

N.H. Kerk in Heeze, pas gebouwd in 1906
(collectie BHIC, inv.nr. PNB001028596)

Negende brief, deel 2

Leende heeft bijzonder lieflijke wandelwegen. Ik bleef er de hele dag om dat allemaal eens goed te doorkruisen. Ik zwierf het hele dorp door, dan hier dan daar. Ik zou me nog veel langer in dat dorp hebben opgehouden, als de roomsen de kerk van de hervormden niet hadden ingepikt. Want overal waar ik dat aantref, krijg ik een dodelijke afkeer van de inwoners. Het is dwaas, het is irrationeel, zul je zeggen. Inderdaad!, zo lijkt het ook op het eerste gezicht, maar het is een onfeilbaar bewijs van hun onverdraagzame dweepzucht, van hun vervolgzieke bijgeloof en van hun weerzinwekkende heerszucht over andere religies. Ik bleef hier dus niet langer, maar vertrok nog diezelfde dag, tegen de avond, via een aangename weg naar Heeze, dat maar een half uur van Leende af ligt.

Als ik meer tijd en meer zin heb - want ik ben nu erg slaperig en behoorlijk vermoeid van mijn wandelingen van vandaag – schrijf ik je weer. Het is nu tien uur in de avond en daarom tijd voor me om op kooi te gaan. Dus: hierna het vervolg.

Vervolg

Heeze is een groot, maar geen mooi dorp. De huizen liggen veel te verspreid. Aan de ene kant van het dorp zie je de grote kerk en aan de andere kant een kapel, waarin de hervormden hun erediensten houden. Het kasteel is een prachtig, groot en mooi gebouw, zeer bekoorlijk gelegen aan het riviertje de Rul. Men komt daar via een fraaie, kaarsrechte dreef die vlak tegenover de kapel begint. Dat biedt geen onaardige aanblik. Je vindt er ook veel dennenbossen, die allemaal eigendom zijn van de heer van de plaats. Deze bieden naast de andere wandelwegen veel vertier voor de vreemdeling, als die tenminste een liefhebber van wandelen is. Ik heb de meeste tijd dat ik hier was, doorgebracht met wandelen en een bezoek aan deze bossen. Ik verkoos dat boven het paalvast blijven zitten in mijn herberg waardoor ik mijzelf van een onschuldig vermaak, het wandelen, zou hebben beroofd.

Ik neem deze brief mee, omdat hij de moeite nog niet waard is te verzenden. Zodra ik hem met wat meer letters heb gevuld, stuur ik je hem toe, maar wanneer dat zal zijn, weet ik niet. Je zult daarom nog wat geduld moeten hebben. Vaarwel!

Geen opmerkingen: